Al tijden keek ik uit naar dit avontuur: swimpacking. Hetzelfde concept als bikepacking, hiking maar dan zwemmend – klinkt geniaal toch?
Harpoenduikdrijfplank
Maar hoe doe je dat? Uiteraard is dit niet nieuw en er bestaat een speciale swim-unit waar je je spullen op mee kunt nemen. Het is de Ruckraft, een bedrijf in de UK verkoopt ze, verhuurt ze en organiseert events. De Ruckraft ziet er super uit, maar heeft lange levertijd en kost een aardige bom duiten (los van de importkosten). Omdat ik niet zeker weet of ik het echt leuk ga vinden (alhoewel.. ik ben gek op zwemmen dus waarom zou ik dit níet leuk vinden?!), zocht ik een alternatief. De, wat minder fancy uitgevoerde, opblaasbare drijfplank voor harpoenduiken leek mij wel wat.
Test
Inmiddels is het einde openwater zwemseizoen eer ik deze in huis heb; maar hé ik wil ‘m wel erg graag uitproberen. Dus de hele week de weerberichten in de gaten gehouden, ik heb namelijk drie eisen: – geen regen – geen koude nacht – weinig wind. Voorspellingen voor afgelopen nacht waren aan het begin van de week de meest gunstigste. Dus testte ik vol verwachting donderdag mijn harpoenduikdrijfplank; want ik wist niet of het überhaupt zou lukken. Aangezien mijn meeste drybags niet écht meer dry zijn en ook niet zo groot, testte ik met mijn fietstassen. De tassen kunnen tegen stootje, zijn makkelijk vast te maken en zijn behoorlijk waterdicht. Test was geslaagd, de harpoenduikdrijfplank doopte ik om in Swimpack.
Het avontuur
Vrijdagochtend zocht ik de spullen voor mijn micro-avontuur bij elkaar. Wat neem je mee als je een nacht op een plek verblijft waar geen faciliteiten zijn? Uiteraard je slaapspullen, warme kleding, eten en drinken. Nogmaals bekeek ik het weerbericht: nacht is nog steeds niet koud (11 graden), weinig wind maar er komt (miezer)regen.. Wetende dat het seizoen er echt bijna op zit (tenminste om zonder wetsuit te zwemmen en zonder koude nachten) én ik het wel heel graag wil; besluit ik mijn tent mee te nemen. Voor dit soort avonturen gebruik ik graag mijn bivakzak, lekker licht en lekker handig. Maar met regen is een bivakzak absoluut geen pretje, vooral als er verder geen faciliteiten zijn om onder te zitten/schuilen. Al mijn spullen gaan in de fietstassen en met de tent achterop gebonden, fiets ik van huis weg.
De bestemming
Maar waar ga je swimpacken? Natuurlijk bij water en bij voorkeur een eiland, dan heb je echt iets om naar toe te zwemmen. Dus pakte ik de kaart en keek wat rond. Een eiland van Het Rondje Eilanden zou een bestemming kunnen zijn, maar verandering van spijs doet zwemmen en ik keek verder. Loosdrecht, daar kom ik niet vaak.. wat verder googlen en ik vind wat ik zoek: er zijn twee eilanden waar je mag paalkamperen! Tadaaaa, bestemming gevonden en nu nog een startplek vinden. Ergens moet ik mijn fiets achterlaten en dat doe ik liever niet te opvallend. Wat graven in mijn geheugen (opstapplaats schaatsen) en streetview van google maps erbij en ik vond een mooie parkeerplaats. Het is een picknick-tafel bij Muyeveld en mijn fiets stal ik onder de boom. Ik kleed mij om en tuig mijn Swimpack op met mijn fietstassen. Deze keer is ie zwaarder beladen dan met de test, dus ik hoop dat ie voldoende blijft drijven.
In het riet
Het water staat laag, de kant is hoog en de rietkraag is dik… is dit wel verstandig, want wat als ik er hier niet meer uitkom? Ik pak een tak en hang over de rand om te voelen hoe diep het is. Ondiep genoeg om te staan, maar die wallekant blijft aan de hoge kant. Ik bestudeer de rietkraag, dik en breed – kan ik mij daar wel een weg doorheen waden? Ondertussen is de miezer overgegaan in druppels en er schiet een koude rilling door mijn lichaam. Plots begin ik aan alles te twijfelen, is het wel slim om dit in mijn eentje te doen? En waarom wil ik meteen een stuk plas over naar een eiland dat ik niet ken. Wat als de Swimpack omslaat, dan is alles zeiknat maar erger nog.. straks maakt ie water en zinkt alles. Hoe lang kan ik schoolslag zwemmen met een half zinkend pakket wat steeds zwaarder wordt? Okay, even een stapje terug – waarom wil ik dit? Ik kijk nogmaals naar het eiland: hoe vet is het om daar naar toe te zwemmen, te slapen en weer terug te zwemmen – gewoon met al je spullen?!
En dan ploppen de weerleggingen op voor mijn plotse onzekerheden:
- inderdaad hoge kant, maar de buurman heeft een steiger met trappetje en als die niet thuis is, is er een andere buurman en wat verderop is een haven dus ik kom hoe dan ook het water uit
- rietkraag is dik, maar met schoenen aan kan ik waden en rietstengels knakken en anders klim ik er weer uit
- als het te zwaar is, draai ik om
- hoe erg is het als alle spullen nat zijn, het zijn slechts spullen
- en als er wat gaat zinken, dan is het handig om mijn telefoon en huissleutel te redden – de rest is makkelijk vervangbaar en er is nog steeds niets aan de hand
Start
Ik laat me langzaam in het water zakken en mijn schoenen komen op stenen terecht. Mijn Swimpack trek ik rustig over de rand het water in. Hij kantelt naar achter dus positioneer ik de bovenste fietstas wat meer naar voren. Ik waad door het water en merk dat het riet makkelijk meegeeft – piece of cake. Zo’n 30m uit de kant kan ik beginnen met zwemmen – het eiland ligt schuin voor mij, makkelijk zichtbaar door een blauw bord op de kant. Voor ik mijn hoofd in het water steek, kijk ik om mij heen.. kan ik deze plek morgen nog gemakkelijk terug vinden? Een huis met een rieten dak, daarnaast wit huis met rieten dak en iets verderop een groot wit jacht bij een grote grijze vlag. Genoeg herkenningstekens dus ik begin te zwemmen. Elke vijf slagen kijk ik achterom: ligt alles nog op het Swimpack – wordt het erg nat – drijft het nog, etc. Ondertussen tikken de 100 meters op mijn horloge weg. Hoeveel meter lag dat eiland ook alweer uit de kant – 500/600m? Maar dat was een gok en in een rechte lijn en ik zwem vanaf een andere plek. Ik heb 500m gezwommen en het eiland lijkt geen cm dichterbij gekomen te zijn.
Het wordt frisser en mijn armen, die telkens boven water komen, koelen af. En dan beginnen twijfel en onrust weer de kop op te steken. Even stil liggen, ademhalen, brilletje omhoog en goed kijken. Ik vermoed dat ik op de helft ben van de afstand, echt koud heb ik het niet (ik weet wat écht koud hebben is, zie mijn blog over Het Kanaal) en ik kan kilometers zwemmen dus wat loop ik nu te piepen. Ik steek mijn hoofd weer onder water en zwem door. Ik kijk nog twee keer achterom en verder zwem ik stoïcijns naar het eiland. En voilà, ik ben er uiteindelijk toch nog sneller dan verwacht.
Marcus Pos
Het komt met bakken uit de hemel als ik het eiland op stap. Iets verderop staat een toiletgebouw, ik pak mijn Swimpack op en ga daar in de luwte van de bomen en het gebouwtje staan. Ik wil zoveel mogelijk spullen drooghouden; dus kleed ik mij niet om. Mijn regenjas trek ik aan over mijn badpak en zet snel mijn tent op. Dit is het moment waarop ik het wel oprecht koud krijg, dus ik trek nog even een sprintje over het eiland voor ik de tent in duik en droge kleren aantrek. Omdat ik niet wist of er water op het eiland zou zijn; heb ik een thermos meegenomen. Snel maak ik een warme (expeditie-)maaltijd, drink warme vruchtensap, steek kaarsjes aan en kruip in mijn slaapzak. Ik warm weer op!
In mijn droombeeld van swimpacking waren de avonden lang en ging de zon als een rode bol onder – vanavond zit ik in de tent en heb ik al snel mijn hoofdlamp nodig om iets te kunnen zien. Maar hé, ik ben er wel en het is toch wel een zot idee dat je met je spullen even een kilometer naar een eiland zwemt om aldaar te overnachten!
Finish
’s Ochtends wordt ik niet gewekt door het gekwetter van de vogels, maar tikt de regen nog steeds op mijn tentdoek. Voor mijn ontbijt, ren ik het eiland nog weer even rond – ik ben met een minuut weer terug (klein eiland). Koffie had ik ook meegenomen in een thermos, deze is inmiddels lauw maar smaakt toch goed. De terugweg is vice versa. In de tent doe ik alles weer terug in de tassen, ik trek mijn natte badpak en regenjas aan om de tent af te breken. Wat extra lucht in mijn Swimpack, fietstassen erop vastmaken en terug naar vaste wal. Inmiddels vind ik het niet zo spannend meer – ik kijk tijdens deze kilometer zwemmen welgeteld 5x achter me om te kijken of mijn Swimpack het nog goed doet. Ik ben blij dat ik gisteren goed georiënteerd heb, want het is mistiger en dus lastiger om precies te zien naar welke rietkraag ik moet zwemmen. Ik waad weer tussen de stengels door en zie de hoge wallekant. Ahoh, op hoop van zegen.. ik leg alle spullen op de kant en heis mezelf met wat krachttermen op de kant. Gelukt! En mijn fiets staat er nog! En er is nú een plensbui!
Wat een heerlijk avontuur –
ik kijk nu al uit naar de zomer voor meer van dit!