Als je in Zweden bent en je hébt de mogelijkheid om een paar dagen te hiken – pak dan de Höga Kusten Leden. Werkelijk een prachtige hike langs de kust van Zweden met verrassend veel hoogtemeters. De vele keien, wortels, modder in combinatie met de hoogtemeters maakte deze trail technischer dan verwacht – bergschoenen zijn een aanrader.
De trail van bijna 130KM ligt net boven Sundsvall, ongeveer in het midden van Zweden, en loopt door verschillende natuurreservaten. Ik deed deze Leden midden augustus en was verbaasd hoe rustig het was. Het was ruim een week na het Zweedse hoogseizoen en dus waren de vele zomercafé’s helaas al gesloten. Mazzelaar als ik was, had ik bijna alle dagen blauwe lucht en droge nachten. Mijn bivakzak en tarp heb ik niet vaak gebruikt – meestal had ik een vindskydd en zelfs twee keer een stuga voor mij alleen.
Hornöberget – Valkallen (13,4KM, 526hm)
Met trein/nachttrein/bus ga ik naar Högakustenbron – langste hangbrug van Zweden; daar start de trail officieel. De eerste dag valt me wat tegen, het is grotendeels saai – ik heb het gevoel dat ik van de bewoonde wereld weg te moeten hiken. Er zit nog best wat asfalt in de route en wat gehuchtjes. Door een flinke vertraging van de treinen, ben ik pas ’s middags op pad gegaan. Rond vijf uur stop ik bij een vindskydd van Arknat, de “Over the Edge”. Daar geniet ik van het uitzicht (op de brug waar ik gestart ben) en kook ik mijn diner.
ARKNAT is a concept merging Architecture and Nature. Every year leading architect students from all over Scandinavia gathers to challenge the way we look at design and through seminars, workshops and construction they leave behind new hideouts and shelters for public use.
Het is een prachtige plek, maar eigenlijk.. eigenlijk wil ik een paar kilometer verderop zijn, op de top van de Valkallen. Mijn twijfel is dat het een pittige klim is (met touwen en trappen), het weer niet helemaal mee zit (gerommel in de verte) en het is tegen de avond. Maar, er is een raststuga op de top, het uitzicht schijnt enorm te zijn en ik heb al gegeten dus eigenlijk tijd genoeg. Dus pak ik mijn boeltje weer in en trek verder naar de stuga van Valkallen.
Wat een goede beslissing is dat! De klim is inderdaad zwaar, maar niet lang en het uitzicht is magnifiek. En het blijkt dat ik de stuga voor mijzelf heb, dat is luxe.
Valkallen – Brattnäset (25KM, 640hm)
De ochtendzon wekt me vroeg – nog even genieten van het 360-graden uitzicht en daarna daal ik af, ook dat is pittig. De trail loopt een stuk langs de kust – hier pak ik een vindskydd voor mijn 2e ontbijt. Wat ik niet doorheb, is dat zo’n 500m verderop de allermooiste Arknat vindskydd is, de “Stranded”. Toch nog maar even een momentje gepakt om ook daar van te genieten.
Halverwege de ochtend kom ik een bord op de Leden tegen: Hörsångs Camping & Havsbad 500m. Voilá, ik heb mijn badplaats voor vandaag gevonden. Na mijn verfrissende duik laat ik mij op het strandje opdrogen, slurpend aan de rest van mijn koffie. In tegenstelling tot gisteren geniet ik nu volop van de hike – weinig asfalt en weinig gehuchtjes. Zo weinig zelfs dat ik op moet letten dat ik genoeg water heb. Want met deze warmte vliegt mijn watervoorraad er rap doorheen. ’s Middags raak ik redelijk oververhit en tegen de tijd dat ik in Gavik ben, ben ik er klaar mee. Hier zit een B&B en in de tuin staat een tafeltje met stoel staan. Er ligt een menu; ze hebben koffie+taart. Ik besluit om dat te bestellen en dan te besluiten of ik daar blijf (als ze een kamer hebben) of dat ik door ga. Ik bel aan, maar er is niemand thuis. Dus vul ik mijn flessen bij de waterkraan, neem plaats op de stoel en eet een portie zoute noten. Nog steeds niemand en ik besluit om door te hiken.
Een paar kilometer verder en flink wat hoogtemeters verder, ligt een vindskydd met vuurplek en prachtig uitzicht over de fjärd van Gavik. Wat ben ik blij dat ik verder gehiket ben – deze plek ligt er wonderschoon bij in de avondzon.
Brattnäset – Äskjastugan (25.7KM, 803hm)
Het is een heldere nacht geweest, dus het is een frisse ochtend. Ik neem wat water en een kleine snack, trek mijn donsjasje aan en ga op weg. Al snel kan ik mijn jas uitdoen – de hemel is strakblauw dus ook vandaag wordt het warm. De eerste kilometers zijn relatief vlak dus maak ik flinke progressie. Bij Nordingrå maak ik koffie, thee en neem mijn tweede ontbijt. Het schiet al lekker op en mijn volgende koffiepauze doe ik bij de “Tree Cube” van Arknat.
Vandaag heb ik twee klimmen voor de boeg; ik mag de Ringråberget over en dan heb ik nog een laatste steile klim om bij de raststuga uit te komen. Met dat in mijn achterhoofd ben ik al aan het rondloeren waar ik ergens een duik kan nemen. Mijn voornemen is om elke dag ergens het water in te gaan – gewoon omdat het kan en vooral omdat het lekker is. En jawel, precies op het middaguur kom ik langs een plek waar ik het water in kan. Ik besluit om met kleding en al in het water te gaan – het zal snel genoeg drogen deze dag! Verfrist begin ik aan de eerste klim en ik heb een heerlijk tempo. Bovenop gekomen stop ik kort want ik voel me energiek, maar dat blijkt van korte duur te zijn. In de afdaling vind ik het niet leuk en loop ik te mopperen => dat betekent dat ik wat moet eten. Onderaan de berg loop ik Ullånger binnen – hier kan ik weer eten inslaan. Na een flesje cola ben ik weer het vrouwtje en vertrek voor het laatste deel van vandaag. Dat is een korte steile modderige klim dus ik ben blij met mijn stokken. Op het hoogste punt ligt Äsjastugan – een grote stugan met terras en prachtig uitzicht over de stad.
Ik zit nog niet een half uur in het zonnetje of er komt een gezin binnen. Ze komen even uitpuffen van hun bessen- en lingonpluk en ik mag mee delen met hun watermeloen. Rond een uurtje of acht begin ik mijn slaapplek in te richten (in de hoek, op de grond) maar er komen nog drie vriendinnen met twee honden langs om hun red bull op het terras te drinken. Binnen een uur zijn ze weg en kan ik op mijn matje gaan liggen.
Äskjastugan – Kälsviken (28.6KM, 815hm)
Vroeg in de slaapzak betekent vroeg uit de veren (ja, ik heb een slaapzak met dons). Om vijf uur ben ik mijn boeltje alweer aan het pakken als er plots een man binnen komt. Hij is even geschokt als ik. Aan tafel neemt hij plaats en legt zijn brood en tube kaviaar neer. Veel te vertellen heeft hij niet en ik versta ‘m ook niet zo goed. Een uitgebreid gesprek zit er niet in, dus vertrek ik al snel. Nog geen kilometer later kan ik vers water inslaan – dat is fijn, want ik ben door mijn complete voorraad heen. In Docksta haal ik een banaan en twee tomaten bij de supermarkt – goed voor de vitaminen.
Vandaag maak ik een extra uitstap naar de top van de Skuleberget – het is klimmen en klauteren over de rotsen wat nog niet zo gemakkelijk is met een grote rugzak.
Op 295 meter hoogte is er de toppstuga waar gelunched kan worden. Hier is het heel druk, niet alleen omdat het zaterdag is maar ook omdat er een stoeltjeslift is. De afdaling is ook een avontuur en dat terwijl ik niet eens de steilste afdaling heb genomen.. het is afklimmen op natte rotsen en modderwortels. Het deel van de Leden erna is helaas niet inspirerend – een pad door moeras met veel muggen, veel modder en veel water. Mijn eigen water raakt inmiddels ook redelijk op en ik weet niet of ik in het volgende dorp wel water kan krijgen. Het is erg onduidelijk waar je wel of niet water kan krijgen. Warm is het inmiddels als ik in Käl aankom. Maar aan de rand van de weg staat dan toch een bordje met “vatten” en ik hoor twee stemmen. Yes, ik heb een kraan gevonden en twee jolige Zweedse meiden. Een beetje kletsen, drinken en we gaan door met de laatste kilometers. Einddoel van vandaag is de camping aan het strand. Ik ben aangekomen bij het nationaal park Skuleskogen en daar mag je niet overal kamperen. Mijn dag eindigt met een duik in brak water.
Kälsviken – Balesudden stuga (28.1KM, 733hm)
Met mijn tarp heb ik een prachtige semi-tent gemaakt en heerlijk geslapen. Ondanks dat deze plek dichtbij het water is, heb ik bijna geen last van muggen gehad. Gisteravond was het nog tot laat (alhoewel, tien uur is niet eens zo heel laat) druk op deze plek. Maar met mijn podcast op heb ik er weinig last van gehad. Al vroeg pak ik mijn boeltje weer en vertrek voor een enorme klim.
Hoogtepunt van dit nationale park is de Slåttdalsskrevan, een 200m lange, 30 meter diepe en 7 meter brede kloof die de berg in twee delen splitst. Helaas mag je sinds een paar jaar niet meer door de krevan lopen, maar het uitzicht van de Slåttdalsberget is prachtig!
Er volgt een lange afdaling waarbij ik denk dat het volgende dorp, Näske, bij de noordingang van het park is. Maar dat was misinformatie want het dorp ligt 4 kilometer verderop. Ik kijk ernaar uit omdat ik weer water wil hebben. Eenmaal bij het dorp is er geen water te krijgen dus mag ik door naar het volgende dorp, Köpmansholmen, nog zo’n 3 kilometer verderop. Wel nog even stil gestaan bij een Arknat vindskydd, maar de “Componare” vind ik tot nu toe de minst mooie. Afijn, dat is echt een grotere plaats met een supermarkt, hier scoor ik weer een cola. Bij een voetbalveld tap ik water. Er is een wedstrijd voor kinderen en ik ruik koffie. Dus ik vraag koffie met een zelf gebakken stukje taart – helaas kan ik niet betalen (Swish is een betalingsmanier voor Zweden). Dus daar zit ik dan, in de geur van koffie maar zonder het zwarte goud voor mijn neus. De kantinejuf vindt het blijkbaar ook zielig en brengt mij toch een kop en een taartje; het is haar treat en ik ben in de zevende hemel!
Na mijn tweede kopje koffie (het is gebruikelijk dat je in Zweden je kopje navult) sta ik op – het is prima weer en een paar kilometer verderop is een havsbad met vindskydd van Arknat. Hier droog ik eerst mijn spullen (nat van de dauw van deze ochtend), ga uitgebreid lunchen en daarna kleed ik me om voor een duik. Het water is goed fris maar gelukkig is de zon lekker warm. Ik blijf een beetje lanterfanten, lees mijn boek, eet nog wat lekkers voor ik doorga met mijn hike. De komende kilometers loop ik over een weg langs de zee – prachtige uitzichten. De laatste 5 kilometer loop ik door het natuurreservaat Balesudden.
Het pad begint glooiend door een donker bos maar wat hogerop wordt het een keienveld waar het balanceren is om de enkels niet te verzwikken. Ik ben er ondertussen wel klaar mee – het is een lange dag dus ik ben blij als ik de stuga in de verte zie liggen. Al snel hoor ik stemmen, hier is het ook al druk. Gelukkig is het een grote stuga en slapen we die nacht met z’n zessen in de bunk bedden. Ik ben laat aangekomen en na mijn diner heb ik niet veel zin meer om te integreren – ik kruip weer vroeg in de slaapzak met een podcast op de oren.
Balesudden stuga – Örnsköldsvik (20.2KM, 474hm)
Vroeg erin dus vroeg eruit – ik heb ’s avonds mijn rugzak al grotendeels ingepakt zodat ik mijn stuga-genoten niet wek bij vertrek. Bij buitenkomst ben ik verbaasd, ik hoor gedrup en het is mistig. De eerste dag met minder weer. Mijn regenjas en -broek gaan aan en ik trek de regenhoes over mijn rugzak.
Na twee kilometer kom ik bij een lege vindskydd; ik vind het nog koud dus besluit hier mijn thee en koffie te maken. Het is echt smerig weer – de regen waait aan alle kanten de skydd binnen. Tijdens mijn uitgebreide ontbijt wordt het langzamerhand ietsje lichter dus kan ik in korte broek en regenjas verder. Dit is een makkelijk deel van de Leden; een gravelweg langs allerlei kleine gehuchtjes. Zo vroeg in de morgen is het nog rustig. Halverwege de ochtend mag ik de laatste grote klim doen naar de Småtjärnarna op 150m hoogte. In een kleine stuga, de Affesstuga, heb ik mijn tweede koffiepauze; het is namelijk nog niet droog.
Na een afdaling kom ik bij Svedje uit, hier is al flink wat bebouwing waardoor je het gevoel hebt dat de trail bijna einigt. Maar nee, nog vijf kilometer te gaan tot de officiële finish in Örnsköldsvik waarvan toch zeker vier kilometer nog in de natuur zijn. Er is nog een pittige klim met klauterwerk voor het allerlaatste hoogste punt waarvandaan je bovenop de stad kijkt. Het blijft machtig om zo op een stad neer te kijken.
Mooi moment om even stil te staan bij wat ik gedaan heb: zes dagen gehiket met prachtige overnachtingsplekken, nog mooiere uitzichten en ik had heerlijk weer. De laatste kilometer gaat met trappen naar beneden naar het centrum om af te kunnen tikken bij de finishpaal. Voor het gevoel moet dat om officieel de hele Leden lopen; maar op de berg heb ik mijn finishfeestje al gevierd, woehaaaa!!!
Etappes
Hornöberget – Valkallen (13,4KM, 526hm)
Valkallen – Brattnäset (25KM, 640hm)
Brattnäset – Äskjastugan (25.7KM, 803hm)
Äskjastugan – Kälsviken (28.6KM, 815hm)
Kälsviken – Balesudden stuga (28.1KM, 733hm)
Balesudden stuga – Örnsköldsvik (20.2KM, 474hm)